De feestdagen stonden voor de deur en ik had die ochtend spontaan besloten mijn kerstvakantie met een halve dag te vervroegen. Het was een zwaar jaar geweest, op het werk en thuis, en dat tegen de achtergrond van een wereldwijde crisis. Ik was er even helemaal klaar mee.
Ik deed op de terugweg nog een laatste boodschap en zette me aan de keukentafel met een kopje thee. De middag lag uitgestrekt voor me. Opeens ontving ik een berichtje. De jonge vrouw met wie ik via sociale media contact had gehad was terug in Nederland, na een verblijf van zes maanden in Senegal. Op mijn verzoek had ze een kookboekje meegenomen, dat niet online te bestellen was en waarin recepten voor kleine hapjes stonden beschreven.
Ze was weer in het grauwe, natte Nederland en wilde iets afspreken om het boekje te overhandigen. Ik was ervan overtuigd dat ze in Amsterdam woonde, en had diverse scenario’s paraat om tot een afspraak te komen. Het bleek een misverstand. We woonden op een kwartiertje rijden van elkaar, in dezelfde woonplaats.
Ik ben de hele dag thuis, schreef ze. Dan kom ik het liefste nu meteen, antwoordde ik. Dit had zo moeten zijn. Ik sprong in de auto, me verheugend op het boekje, en op de ontmoeting. Niet veel later overhandigde ze me het kookboek. En ze had nog wat voor me. Uit een groen plastic tasje kwam een zakje bouye tevoorschijn. De vrucht van de baobabboom, ook wel apenbrood genoemd. Ik hoop dat je het lekker vindt, zei ze aarzelend.
Mijn hart maakte een sprongetje. Ik kende het van lang geleden en herinnerde me de poederachtige structuur en de lichtzure smaak die vrijkwam wanneer de witte brokjes langzaam smolten in je mond. De vierkante stukjes die K. had meegenomen waren van sliertjes en pitten ontdaan, Ook in Senegal diende gemak tegenwoordig de mens.
Nu sabbel ik elke dag op de friszure bouye met het uiterlijk van een schuimblok. Ik verlekker me aan de afbeeldingen van de snacks in het kookboek, maar geniet nog het meest van de herinnering aan de onverwachte ontmoeting en de hartelijkheid van de Senegalese gastvrijheid.