Vertragen, hoorde ik de docente een aantal keer zeggen.
Ik volgde een cursus, over het laagdrempelig begeleiden van mensen die een verlies hadden meegemaakt.
Vertragen.
Vertragen.
Vertragen.
Ik wilde te snel. Vond het moeilijk om mijn mond te houden, niet meteen met een oplossing te komen. Zoals de meesten van ons. Maar praten helpt meestal niet, luisteren wel.
Licht jaloers bezag ik de docente. Rustig liep ze heen en weer, bedachtzaam sprak ze ons toe.
De opmerkingen die op de lagere school, en later op de middelbare school, op mijn rapport stonden schoten door mijn hoofd. Niet te veel kletsen.
Het bleek erfelijk. Dertig jaar later schreef meester B. woorden van gelijke strekking op het rapport van mijn dochter. Vindt kletsen met buuf soms belangrijker dan werk.
We oefenden. We leerden.
We hielden ons mond en luisterden.
Als symbool voor mijn eindpresentatie koos ik een slak.
Vertragen. Verlangzamen. Afremmen.