Min of meer toevallig kwamen we toch nog in het Tate terecht. Het was een grijze, druilerige zondagochtend in januari en de deuren waren net open. We liepen de zaal in waar de werken van Louise Bourgeois hingen, stonden, lagen. De werken waar zus M. zo van hield.

Het was alsof ze ons gestuurd had. We raakten ontroerd door de verwrongen stoffen gezichten, door de pijn en de worsteling die sprak uit de schilderijen, poppen, installaties. En door de herinneringen aan haar, die natuurlijk veel mooiere foto’s zou hebben gemaakt dan wij uiteindelijk deden.

Aanbevolen artikelen

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.